Het afwerken

Introductie

Het afwerken bestaat meestal uit twee stappen. Namelijk het in elkaar zetten van het werkstuk en het verven, beitsen of lakken van het werkstuk. Aangezien het afmonteren van een werkstuk sterk afhankelijk is van de functie van het werkstuk, ga ik daar op deze plaats niet op in. Hier na worden met name de mogelijkheden van afwerken in de vorm van verven, beitsen en lakken besproken.

De afwerking van een werkstuk kan op verschillende manieren worden gedaan. De impact daarvan op het eindresultaat kan heel groot zijn. Hierbij kan gedacht worden aan:

  1. Eerst snijden en daarna verven.
    Dit geeft over het algemeen een wat vlakker eindresultaat. Zowel het ongesneden deel als de uitsnijdingen krijgen dezelfde kleur. Alhoewel dat niet zo hoeft te zijn als je gebruik maak van beitsen. 
  2. Eerst verven en daarna snijden.
    Dit geeft over het algemeen meer contrast in het eindresultaat. De uitsnijdingen worden blank (de kleur van het gebruikte hout) en het ongesneden deel behoudt de gekozen kleur van de verf.

 Elk van deze technieken wordt hierna verder uitgewerkt. En hieronder volgen eerst een paar voorbeelden.

Eerst snijden en daarna verven

Het meest gebruikelijke is dat eerst het patroon wordt uitgesneden en daarna het werkstuk in elkaar gezet wordt en geverfd wordt. Een hele mooie en natuurlijke afwerking is het gebruik maken van een kleurloze lak of beits. Traditioneel werden werkstukken vaak bruin gelakt of gebeitst. Alhoewel het heel traditioneel is, geeft het het werkstuk een wat klassieke (ouderwetse) uitstraling.

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb